De wereldverbeteraar die tuinmeisje werd

Gepubliceerd op 26 oktober 2024 om 12:35

Op mijn 18e wilde ik het wereldvoedselprobleem oplossen. De beelden van hongerende kinderen in Biafra met hun oedeembuikjes kon ik niet aanzien zonder de drang te voelen daar iets aan te willen doen. Maar ook het rapport van de Club van Rome in 1972: 'Grenzen aan de groei', beïnvloedde mijn levensloop. In de tachtiger jaren kwam daar ook nog de zure regen bij. Kale bossen als gevolg van verontreiniging met zwaveldioxide door verbranding van fossiele brandstoffen zoals kolen. De wereldverbeteraar in mij kreeg in die jaren maar moeilijk voet aan de grond. Ik ging vegetarisch eten en zette de verwarming voor mijn partner van toen onaangenaam laag. Dat kon ik tenminste zelf doen.

Een beter milieu begint bij je zelf!

In het begin van de jaren tachtig was er voor schoolverlaters zoals ik niet meteen werk. Ik trouwde, mijn kinderen werden geboren en ik kwam min of meer toevallig terecht in de wereld die zich bezighield met verbetering van het milieu. Daar was toen pas oog voor aan het ontstaan. De jaren '90 werkte ik als milieuadviseur bij een groot adviesbureau. Daar ontdekte ik dat niets is wat het lijkt en dat eerlijkheid een rekkelijk begrip is als het om politieke besluitvormingsprocessen gaat. Ik ontdekte dat uiteindelijk alles om mensen, macht en aanzien gaat.  De wereldverbeteraar in me voelde zich steeds machtelozer. Ik kwam bij mezelf uit. 

De crisis van een veertiger

Ik nam ontslag en werd ZZP-er. Ik werd projectleider voor projecten voor de ontwikkeling van mens en leefomgeving. Ik deed leuke projecten en kwam erachter dat de worsteling van de boeren waar ik mee werkte ook een worsteling in mijzelf was. Het was een worsteling tussen passie en systeem. Een opleiding hypnotherapie bracht me dichter bij mijn gevoel en vergrote vooral het vertrouwen in mij intuïtie. De wereld die ik van mezelf moest verbeteren werd steeds kleiner. Dat gaf rust. Een reis naar Kenia bevestigde dat gevoel. Ik zag daar het effect van het geven van ontwikkelingshulp. Mensen gingen zitten wachten in plaats van het heft in eigen handen te nemen. 

Toen ik mijn huidige partner leerde kennen was hij voor mij het voorbeeld van hoe je de regie neemt in je eigen leven en het systeem daarbij voor je te laten werken in plaats van er tegen te vechten zoals ik dat deed. Met hem veranderde  het strijdveld van de hele wereld in die van onze leefwereld, zeker toen hij door een hersenstaminfarct gehandicapt raakte. 

De vrijheid van nu

Het duurde even voor ik in het leven naast een gehandicapte man die afhankelijk is van mijn hulp, mezelf hervond. Jaren dacht ik het leven van mantelzorgers te moeten verbeteren door te strijden voor maatschappelijke erkenning van de waarde van de zorg die zij verlenen. Ik wilde als mantelzorger serieus genomen worden door professionals en beleidsmakers. Dat is me niet gelukt. Het bleek er om te gaan dat ik mezelf serieus ging nemen. En zo kwam ik er uiteindelijk op dat ik niet de hele wereld kan redden maar dat ik wel mijn best kan doen om goed voor mezelf te zorgen. Dat besef bracht me thuis. Mijn tuin heeft mij weer tot leven gebracht. Daarom is het een levenstuin.

Ik bleek niet in staat de wereld te verbeteren, maar wel mezelf. En nu merk ik dat dat juist mijn bijdrage aan een betere wereld is.

Dat is wat ik heb te delen. Het besef dat je je vrij kunt voelen binnen de beperkingen die er zijn. 

Het levenscafé 

Over wat het leven tot het leven maakt. Hoe je omgaat met tegenslag. Over (on)vrijheid, over vreugde en verdriet. Graag wil ik levenservaringen met andere mensen delen om elkaar te inspireren om het nog een beetje mooier te maken. 

Het levenscafé is elke eerste zondag van de maand. Vanaf 16.00 uur is er thee/koffie met appeltaart van eigen oogst. Zie ook Agenda

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.